Vandaag gezien op Canvas: “Geheime Musea”, een documentaire van Peter Woditsch over erotische kunst. Woditsch gaat op zoek naar verzamelaars van erotische kunst en achterkamers in musea.
Een zeer amusante reportage die nog maar eens aantoont hoe krachtig erotische kunst is. Ze wordt al jaren in achterkamers en geheime depots bewaard. Zelfs in tijden waarin je zonder veel moeite alles op internet kan vinden.
De verzamelaars en antiquairs die aan het woord komen hebben allemaal pretlichtjes in de ogen.
Dit kwam ik te weten:
- het grootste secretum (geheime plaats in een museum waar men de erotische kunst verbergt achter slot en grendel) bevindt zich in het Vaticaan.
- Dat Markies De Sade zijn “120 dagen van Sodom” intergraal op toiletrol schreef had ik al gezien in de film Quills. Het originele manuscript bestaat nog steeds en is in handen van een privé-verzamelaar. Het werd getoond in de docu, door een zeer omzichtige deskundige met witte handschoentjes aan.
- Ik heb moeten lachen met Jean-Jacques Lebel die vertelt over de censuurcommissie van het Vaticaan. Als die vroeger beeldhouwwerken keurde op hun ‘betamelijkheid’ werd er bij Griekse mannelijke naakten het (weliswaar marmeren) lid er met een klein hamertje “afgetikt”. Maar de kerk was eigenlijk zo beschaamd over die “beschadigingen” die ze toebracht dat alle afgekapte geslachtsorganen netjes gecatalogeerd en bewaard werden. Absurd, hé. Lebel zou ooit graag een tentoonstelling organiseren met al die genummerde en ingepakte uiteinden.
- De Britten zijn de meest preutse art lovers. Peter Woditsch slaagde er niet in om toegang te krijgen tot de geheime erotische kabinetten van het British Museum. Die bestaan niet, en als ze bestaan zijn we de sleutel kwijt, zeggen ze daar.
Hoe dan ook, het geheime en obscure dat rond de verborgen kunstwerken en boeken hangt maakt het pas echt spannend voor de verzamelaars.